Spiegel

 ;

O Heer, mijn God, mijn Vader in de hemel,
hoe leuk dat je me zien.
Je kent me.
You see me when I’;m bang,
u zie me als ik verbergen
en do not admit what I’;en gedaan.
Je ziet me als ik alleen ben en dromen van grote dingen
en van het leven die voor mij ligt.
Ook, jij ziet mij!

Ik kan geen stap te nemen
waar kan je niet kom met mij mee.
Ik kan niet denk dat een woord
die je hoort, voordat ik het zeg.

Net als in twee grote handen die je me vast te houden.
Ik ben veilig in het als een vogel in het nest,
en Soms lijkt het mij
that Ik was gevangen binnen als een vogel in een kooi.
Heer, soms voel ik me spookachtig in je grote hand,
where IK';m gevangen, en ik wil ontsnappen.

IK';m denken over de grote wereld,
op de kunstmatige manen die mensen maken
over de ruimteschepen die uit jagen in de ruimte,
en denken dat we mensen hebben die je eigenlijk niet meer nodig.

Maar terwijl ik denk dat, you’;re om me heen
en IK';m in twee grote handen.
Soms denk ik dat het had eigenlijk geen zin dat ik besta.

Then I’;m ziek van dit leven en zou graag gooi het weg
Ik heb niet gekozen door mijzelf.
Maar ik weet dat als ik mijn leven weg te gooien en kom naar de doden,
dan Ik ontmoet je daar weer
en IK';m gevangen in je handen
en ik noch mijn taken die noch u niet ontgaan.

Soms droom ik van de grote leven.
Ik droom van zijn rich –; or beautiful –; of krachtig,
so that the people see and admire me –; en hebben het over mij.

Niet alleen dat een in mijn straat
but iedereen en alle mensen over de hele wereld,
dan het lijkt mij zo dom en klein,
the leven dat ik zou moeten leiden, waarin hij zegt altijd::
gij zult, gij zult niet.
U kunt, je kan niet.

En ik wil om weg te lopen uit dit alles.
Maar ik weet dat zijn dromen.
Je hand is sterk.
Je hand houdt mij vast in mijn school
of in mijn werk
of in jouw huis,
en Overal waar mijn kleine taken zijn.

Het is goed, Heer, dat je me vast te houden.
Soms denk ik: Nu, niemand niet ziet me.
Niemand niet ziet me –; en jij, Heer, zijn er niet, te.

Wanneer het donker is of wanneer de gordijnen zijn getrokken op mijn raam.
En ik weet ook hoe dom het is om na te denken
that u, God moet het zonlicht of een lamp om me te zien,
as als je moest ogen als een man.

But it’;Is goed, Heer, dat je me zien.
Hoe moet ik in staat zijn om te leven
indien zou je geen aandacht besteden op me,
indien je met je grote handen en met je liefde
worden niet altijd en overal om me heen?

Als ik kijk naar mezelf en kijk naar mijn hand
of mijn gezicht of mijn vorm in de spiegel,
dan ik weet: That you’;ve done everything – and it’;is goed te weten dat.

Ik weet er niets van,
wat is er gebeurd met me toen ik een klein kind was,
wanneer Ik kon niet eens uit of gesproken.

I do not know how it happened that I grew in my mother’;s baarmoeder.
Je hebt dit allemaal gedaan, te.
Ik ben gemaakt op basis van uw goede en grote gedachten.

Geef mij ontzag in mijn hart en in mijn gedachten.
Eerbied voor het lichaam, waar mijn moeder droeg me,
en eerbied voor je mysterieuze gedachten.

Omdat ik wil je bedanken voor alles wat heb je aan mij gegeven,
for mijn lichaam, geest en ziel,
for mijn vaardigheid en mijn gezonde kracht.

Ik wil u bedanken zo veel meer voor andere dingen, te.

Ik dank u dat u mijn pad van het leven hebben bepaald
en geen toeval, niet de sterren, welke mensen vraagt om mij heen,
niet zelfs de vreemde kracht die wij noemen lot.

Ik dank u voor elke dag dat ik kunnen ervaren,
omdat het afkomstig is van je goede kant.

Ik bid u,, mijn God, help me that I’;ben niet klagen,
omdat IK';m niet zo getalenteerd
niet heel mooi
of niet zo gezond als anderen.

Laat me dankbaar zijn dat je me in de manier waarop ik ben heb gemaakt,
let me dankbaar en loven.